Weekblog 5 juli 2025

Wat is zwaar?

Wat is zwaarder, een kilo lood of een kilo veren? Dat is al een heel oud raadseltje. Geef mij de kilo veren maar….even zwaar maar draagt veel prettiger!
Het moet toch zwaar voor je zijn!  Zeker met de tropische temperaturen van afgelopen week, maar ook vaak daarvoor al, is me dat uit bezorgdheid vaak gezegd.
En hoe zwaar is je rugzak? Ik weet het niet. Onderweg maar 1 keer gewogen. Toen was die 16 kilo. Maar gaandeweg vult die zich weer met souvenirtjes van de bezochte gemeenten. De rugzak went. Soms vergeet ik zelfs dat ik die om heb. Het is geen last. Zeker niet als ik een medewandelaar heb. Dat leidt af.
Als je een last draagt en iemand loopt met je op, verlicht het.
Dit is een van de  levenslessen die wandelen je leert. Er volgen er deze blog nog!
Mijn rugzak is een beetje mijn vriend geworden. Hij heeft een overvloed aan vakjes, ritsen, riempjes en is bijna comfortabel. De ontwerper hiervan verdient een lintje! Er zit in waar ik een half jaar op leef: wat kleding, regenpak, portemonnee, toiletspullen, schriftjes, laptop, een pen, telefoon, een drinkfles en eten voor onderweg. En drop.
Een mens heeft niet veel nodig, maar wat is het leven zonder drop?
Elke dag zo’n 25 a 30 km is niet zwaar. Het wordt een ritme. Er ontstaat gewenning. De eerste weken vond ik dagen van 25 km pittig en probeerde ik de 30 km te vermijden. Inmiddels vind ik 25 km een ‘gemiddeld’ dagje en zijn dagen boven de 30 km geen uitzondering meer en worden gretig verteerd.
Ook doorzettingsvermogen kun je trainen.

Als ik op een dag van 25 km 3 gemeenten bezoek, dan is dat een ‘vlot dagje’. Maar als het maar 1 gemeente is na 25 km dan is die dag veel langer. Zwaar is geen feit, maar een beleving.
Als ik 3 gemeentes op een dag bezoek en de eerste ligt op km 5 km, de tweede op km 10 en derde op km 25, dan vind ik dat een lange dag. Ligt de eerste op km 15, de tweede op km 20 en de derde op km 25, dan loopt die dag een stuk lekkerder. Maar ze zijn even lang.
Begin met de zwaarste taak en beloon jezelf daarna met de leuke klusjes.
Ons brein heeft blijkbaar moeite met afstanden, die niet te overzien zijn. Wellicht een erfenis van onze primitieve voorvaderen, die zich veilig in de bomen waanden. Een oversteek naar een volgende groep bomen was overzichtelijk en relatief veilig. Maar de oversteek van een open vlakte waarop de volgende rij bomen niet zichtbaar waren, was risicovol…… We houden van overzichtelijke afstanden.
Als je lange afstanden moet lopen, fietsen of auto rijden, dan deelt je brein dat ‘vanzelf’op in stukken die afzienbaar zijn: ik loop eerst tot die bomenrij; dan tot die boerderij; dan tot de rotonde, enz. Of: Ik rijd eerst de tunnel door tot de A58. Dan rijd ik tot Hoogerheide. Dan tot de afslag Roozendaal, enz. Je brein maakt er haalbare kleine doelen van. Niemand springt ook in één keer over de 2 meter! Je begint op 1.20 meter en legt je doel iedere keer een paar cm hoger. Als je de lat te hoog legt, ga je aan de haalbaarheid twijfelen en daarmee ook aan het geloof in je eigen mogelijkheden. Niemand loopt in zijn eerste wandeling meteen 4500 km (o nee?!). Leg de lat ook voor anderen niet te hoog, want dan lopen ze er gewoon onderdoor. Deel grote doelen op in realiseerbare stapjes
Heb je het zwaar? Kijk dan niet steeds voor je naar wat  je nog moet afleggen of bereiken, maar kijk eens om naar wat je al gelopen hebt. Sta stil bij en vier wat je al bereikt hebt.

Is er een manier om het lopen lichter te maken?  Als lopen zwaar lijkt te worden, schiet je brein je lijf te hulp. Allereerst door het lopen (met een last) niet als opgave, maar als taak, plicht of zelfs als ontspanning te gaan zien: Tijdens HEEL Nederland is mijn motto: Als je loopt met je hart, volgen je voeten vanzelf Ik weet dat dit feitelijk niet zo is, maar het helpt me mijn grenzen te doorbreken. He ain't heavy, he's my brother
En dan deze bespiegeling: Je denkt dat hoe verder je loopt, dat het des te zwaarder wordt. Mijn brein probeert me van het tegendeel te overtuigen met de volgende redeneringen:
* ik ben de afgelopen maanden 5 kg afgevallen. Ik hoef nu dus 5 kg minder mee te dragen. Hoe verder ik loop, hoe meer gewicht ik verlies, des te lichter het lopen wordt. In theorie.
* ik kan ook mijn rugzak lichter maken. Dan kan ik doen door het eten en drinken dat daar in zit, op te eten/drinken. Mijn rugzak wordt dan lichter, maar mijn lijf zwaarder. Het gewicht verplaatst zich dus. Het gewicht in mijn lijf vermindert alleen maar als ik dat eten en drinken verbrand. Ik verbrand dat door te bewegen. In mijn geval door te wandelen. Dus hoe verder ik wandel, hoe meer ik verbrand, des te lichter ik word, de te lichter het wandelen. Dat is dus de theorie.
* Als ik flink doorstap, begin ik te zweten. Ik verlies daarmee vocht en dus gewicht. Ik moet dus vooral flink doorstappen om lichter te gaan lopen. Theoretisch dan..
* Mijn schoenzolen zijn niet nieuw meer. Het profiel is voor een deel weg en ligt ergens achter me aan het asfalt gesmeerd. Mijn schoenen worden daardoor steeds lichter! Hoe verder ik loop, des te meer ze slijten, des te minder gewicht ik hoef mee te nemen. Theoretisch gesproken dan..
* Ik houd mijn nagels en haren kort. Weegt niet veel, maar alle beetjes helpen! (flut-)Theorie.
* Iedere keer als ik mijn tanden poets, mijn deoroller gebruik, mijn voeten insmeer of mijn schouders met zonnebrand raken de tubes leger, dus lichter. Hoe meer dagen ik wandel, hoe vaker ik dit moet doen. Dus …… ja, je kunt het nu zelf verder invullen.
Geloof je dit allemaal echt?
Ik wel! Het heeft me uren en dagen wandelen gekost om dit te bedenken en in die tijd zijn de kilometers ongemerkt onder mijn voeten weggegleden.
Met je manier van denken kun je het leven lichter maken. Het werkt echt!






Volgende
Volgende

Weekblog 28 juni 2025